Dick brengt het museum op stoom
Sinds vier jaar mag Dick Reinold de meeste machines van het voormalig stoomgemaal ‘Vier Noorder Koggen’ in het Stoommachinemuseum in Medemblik bedienen. De benodigde stoom wordt in het museum zélf geproduceerd. “Het is niet gewoon maar hout in brand steken, maar economisch stoken. Niet dat je heel Medemblik staat op te warmen, terwijl er geen pufje stoom uit de stoommachines komt.”
20 jaar geleden werd Dick door zijn overbuurman, die daar verteller/rondleider was, gevraagd om vrijwilliger te worden bij het Stoommachinemuseum. “Dat was toen nog te vroeg. Ik werkte in een productiebedrijf met machines, dus stoommachines trok me zeker, maar ik had er gewoonweg nog geen tijd voor. Maar toen ik met pensioen ging, reageerde ik op de vrijwilligersvacature van administrateur voor vriendenvereniging van het Stoommachinemuseum. Het gesprek was in de horeca van het museum. Vlak na het gesprek werd ik door een medewerker van het museum gevraagd of ik niet ook vrijwilliger in het museum wilde worden. Ik kreeg een rondleiding en ik was meteen verkocht. Ik besloot beide te gaan doen.”
Interne opleiding
Sleutelen aan auto’s, motoren en brommers deed Dick al in zijn vrije tijd, maar stoommachines onderhouden en bedienen, is toch echt een vak apart. “Het is niet zo dat je gelijk machinist of stoker wordt, daar moet je voor opgeleid worden. Met alleen hout in brand steken, krijg je namelijk nog geen stoom. Het museum biedt interne opleidingen aan, dus eigenlijk kan iedereen, ook als je niet technisch bent onderlegd, machinist of stoker worden.”
Meer vrijwilligers
Er werken 80 vrijwilligers in het museum, maar meer is nodig. “Dat lijkt misschien veel, maar we zijn minimaal zes dagen per week open en er is veel werk te doen. En het zijn ook voornamelijk ouderen, die het straks misschien niet meer kunnen. Dus we hebben vooral ook jongeren nodig. Zonder vrijwilligers zou het museum niet open kunnen.”
Interactie
Iedere vrijdag werkt Dick in het museum. “Als de machines op stoom moeten worden gebracht, ben ik er al voor openingstijd van het museum. Heb je elektriciteit nodig, dan zet je dat aan met een druk op de knop, maar voor stoom moet je geduld hebben. Is de ketel echt koud, dan kan het wel drie dagen duren. Ik vind vooral de interactie met de bezoekers leuk. Als ik aan het werk ben, ben ik geconcentreerd bezig, maar maak altijd even tijd om bezoekers uitleg te geven. Laatst bleef een dame me maar vragen stellen. Extra leuk, want het zijn toch veelal mannen die interesse hebben in stoomtechniek. Onderling hebben we het ook erg leuk. We zijn een hecht team en staan voor elkaar klaar. Ook als je ‘gewoon’ even je ziek en zeer wilt delen.”
Stookdiploma
Vooral kinderen vinden ons museum geweldig. En helemaal als ze zelf hout in het vuur mogen gooien. Sommigen vinden het eng, want zo’n ketel is toch heel groot en heet. Maar de meesten willen wel. Ze krijgen na afloop een stookdiploma en daar zijn ze dan super trots op! Hopelijk hebben we ze zo enthousiast gemaakt, dat ze onze vrijwilligers van de toekomst worden.”